Alle

Terugdringen kinderarbeid is ook vakbondswerk

Als vakbond kun je niet zonder internationaal netwerk. Daar weet Trudy Kerperien alles van. Jarenlang zette ze zich namens de AOb in voor internationaal vakbondswerk. Nu gaat ze met pensioen. 

Tekst Marianne Lucieer - Redactie Onderwijsblad - - 2 Minuten om te lezen

Trudy Kerperien, internationaal secretaris AOb

Beeld: Angeliek de Jonge

Dat de vakbond zich internationaal inzet, is voor mij eerlijk gezegd nieuw. Wat doen jullie zoal?
“We werken bijvoorbeeld samen met vakbonden in andere landen, om van elkaar te leren, maar ook om samen iets te kunnen bereiken op het gebied van Europese wetgeving of wereldwijde ontwikkelingen. En we zijn actief binnen de Europese koepel van onderwijsvakbonden, om zo EU-plannen op het gebied van onderwijs te beïnvloeden.
Daarnaast zetten we ons in voor vakbondsversterking. We hebben bijvoorbeeld vakbonden in Oost-Europa ondersteund bij hun ontwikkeling, en zijn als AOb expert in het terugdringen van schooluitval en kinderarbeid.”

Kinderarbeid? Hoe komen jullie daarbij?
“In de jaren negentig spraken we met Marokkaanse leerkrachten en die vertelden vaak dat de klassen er elke dag anders uitzagen: soms was de helft van de leerlingen er, dan verdwenen er weer een paar, soms kwamen er weer een aantal terug. We kwamen erachter dat heel veel Marokkaanse kinderen werkten. Een factor daarin was dat de leerplicht niet gehandhaafd werd, een andere dat ouders het idee hadden dat onderwijs niet belangrijk is. En het onderwijssysteem was daar zo gericht op klassiek leren, dat kinderen die zich daarbij niet prettig voelden snel van school gingen en gingen werken.”

Wat kun je daartegen doen?
“We hebben de vakbond ondersteund bij het organiseren van na- en bijscholing voor leerkrachten. Die hebben vervolgens buiten schooltijd activiteiten georganiseerd voor kinderen: muziek, sport, bijlessen. En de scholen stelden zich open voor ouders, zodat zij konden zien wat hun kinderen daar leerden. Daardoor werd de uitval op scholen tot nul gereduceerd. Ook mooi was dat de vakbond zichtbaarder en groter werd, en daardoor meer te zeggen kreeg. De methode was zo’n succes dat hij onder meer in Zimbabwe, Ivoorkust, India, Albanië en Nicaragua is geïmplementeerd.”

Als je als vakbond vindt dat ieder kind recht heeft op goed onderwijs, dan kan dat niet stoppen bij de landsgrenzen

Je had het ook over internationale samenwerking, hoe ziet die eruit?
“Die is vooral gericht op het delen van kennis en ervaring en het samen optrekken. Een tijd geleden was bijvoorbeeld een internationale trend dat er prestatiebeloningen werden ingevoerd in het onderwijs. De toenmalige staatssecretaris, Halbe Zijlstra, was daar voorstander van. Maar wij hoorden van andere landen dat het onderwijs daar juist slechter van werd, omdat alleen maar werd gefocust op de stof die nodig was om goede cijfers te halen. Onze voorzitter heeft dat met Zijlstra besproken, waarna zijn plannen van tafel gingen.”

Dat zijn mooie resultaten. Hoe zie je de toekomst van het internationaal vakbondswerk voor je nu jij vertrekt?
“Er komt een opvolger, die wordt deze maand verkozen. Diegene zal natuurlijk zijn eigen accenten leggen, ook afhankelijk van de ontwikkelingen, maar de AOb zal zich blijven inzetten voor sterke vakbonden en onderwijs wereldwijd. Want als je als vakbond vindt dat ieder kind recht heeft op goed onderwijs, zoals wij doen, dan kan dat niet stoppen bij de landsgrenzen.”

 Lees meer over het internationaal vakbondswerk van de AObGa naar AOb Internationaal